Wrok en haat

Haat komt voort uit een psychologische projectie van de eigen schaduwzijde op het object. Een schaduwzijde die bij zichzelf ontkend wordt en daardoor in het object ontdekt. Haat vertekent de werkelijkheid. Meestal is dat subject dus iemand die juist die eigenschap mist en zuiver is. Daarom bestaat er dan een onvermogen om de werkelijkheid te zien en een onbewust weten dat men zelf schuld heeft aan dat verwijt aan die ander. Dat is dan het begin van haat.

Haat is een felle afkeer jegens iemand, met een hevige boosheid erachter. Bij wrok ben je boosheid aan het koesteren.
Bij deze emoties houd je vast aan de gedachten over wat jij vind wat jou is aangedaan, en je besteed relatief veel aandacht aan deze gedachten.

Er is dus geen bereidheid om in de schoenen van de ander te gaan staan. Of om de bedoelingen van de ander te checken.

Wrok en haat zijn vooral schadelijk voor degene die deze emoties heeft. Het geeft veel spanning en stress en daarbij ook gevoelens van ontevredenheid. Er wordt een grote hoeveelheid boosheid opgewekt en dit zal het gelukkig voelen in de weg staan. Wrok en haat kun je oplossen door de boosheid te verwerken en te werken aan vergeving.